Macroniveau
Niet alleen voor de individuele gebruiker, maar ook op macroniveau is een juiste keuze van het type warmtepomp van groot belang. Bij een massale overstap op warmtepompen behoort een verzwaring van het elektrische distributiesysteem in de wijken. Wanneer de keus is gevallen op buitenlucht als bron zal bij zware vorst de elektriciteitsvraag voor verwarming dubbel zo hoog uitvallen dan wanneer de keus zou zijn gevallen op de bodemwarmtebron. Het lokale elektriciteitsnet moet in dat geval veel zwaarder worden uitgevoerd om te voorkomen dat dat op een koude nacht door overbelasting in elkaar klapt.
De overheid heeft ’s winters toch al een groot probleem omdat dan de bijdrage van zonne-energie miniem is en in geval van windstilte op de buffervoorraden moet worden teruggevallen. En - zoals bekend - is er nog geen oplossing in zicht waar die buffervoorraden uit zouden moeten bestaan (waterkracht uit Noorwegen?, plan-Lievense?, waterstofgas?).
Ook 's zomers kunnen warmtepompen op buitenlucht voor een probleem zorgen in de stedelijke gebieden. Vanwege hun warmteafgifte in de koelmodus wordt daar het hitte-eiland effect versterkt. Het Klimaatverbond noemt dit niet voor niets een blinde vlek in ons klimaatbeleid*.
Rest de terechte vraag of er wel voldoende potentieel in de bodem van Nederland zit voor de te verwachten warmtevraag en koelbehoefte. Op nationaal niveau wordt die vraag positief beantwoord in een recent onderzoek van CE Delft / Deltares†. Daarin concluderen ze dat alleen al het gebruik van oppervlaktewater de warmtevraag ruim overtreft.
* https://www.klimaatverbond.nl/thema/koeltebehoefte
† pdf in https://www.ce.nl/publicaties/2171/nationaal-potentieel-van-aquathermie
Conclusie
Voor het gasloos maken van woningen is het toepassen van warmtepompen een goede optie. Deze techniek is al gedurende tientallen jaren uitontwikkeld in landen als Zweden, Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland. We hebben gezien dat de keuze van de warmtebron hierbij van groot belang is en dat bodemwarmte te prefereren is boven buitenlucht. Dit zowel gezien vanuit de portemonnee van de individuele gebruiker als vanuit het perspectief van de overheid (macroniveau).
Het is aan diezelfde overheid om het belang van de juiste keuze aan publiek en industrie duidelijk te maken. In dit kader moet de subsidie op de aanschaf van buitenluchtbronnen zo snel mogelijk worden verminderd ten voordele van bodembronnen. Tevens moet de provinciale vergunning, die momenteel vaak voor een kleine open bron vereist is, zo snel mogelijk worden omgezet in een meldingsplicht. Voor dichtere bebouwing is het aan de gemeentes om ZLT (Zeer Lage Temperatuur) warmtenetten aan te leggen, met individuele warmtepompen voor huizen en appartementen.
Naast de gemeentes is ook voor Vereniging Eigen Huis en Consumentenbond in deze voorlichting een rol weggelegd.